De Wegsmijter

Panta rhei, ‘alles stroomt’. Alles is onderhevig aan verandering. Zeker, maar mag de uitsmijter s.v.p. hetzelfde blijven als die van ooit?

Driemaal is scheepsrecht. Voor de derde keer kreeg ik een uitsmijter met drie eieren voorgezet. Veel mensen kijken daar niet van op, zo algemeen heeft de inflatie toegeslagen waarmee het aantal eieren in dit gerecht er eentje bijgekregen heeft. Net als bij begroetingszoenen.
En toch waren deze 3×3 verbluffend. Ook ik ben er namelijk van doordrongen dat drie inmiddels de norm geworden is. Daarom doe ik aan de zogeheten ‘pre emptive strike’. Ik ben proactief. Ik zeg er van tevoren bij dat ik van vroeger ben en het bij vroeger wil houden. Bij twee dus.
Maar het lukt niet meer. De eerste keer dat het gebeurde zei de serveerster zelfs dat twee niet kon. ‘Onze uitsmijters zijn met drie’, zei ze ferm. Toen ik volhield volgde een dreigement: ‘Maar u moet dan wel voor drie betalen!’ Ik ging direct akkoord, maar bleek verbluft toen er wel degelijk drie verschenen. Met de oplossing erbij: ‘U laat er gewoon één liggen’.
Het tweede geval van overdaad was op het Amsterdamse Science Park. Tellen is daar geen punt. Ik kreeg er dan ook meteen excuses bij. ‘Het zijn er toch drie geworden. Uit gewoonte…’. Zo normaal is het dus al. Het lukt de kok gewoon niet meer om bij twee te stoppen.
Voor mij is de uitsmijter iets nostalgisch, uit mijn kindertijd. Als ons gezin na het kamperen in het buitenland de grens weer overkwam, stopten we steevast bij hetzelfde restaurant. Voor een uitsmijter met ham. Dan wist je dat je thuis was. Over het gerecht met die vreemde naam bestond toen geen twijfel. Twee boterhammen, daarop gekookte ham, twee spiegeleieren en een groen garnerinkje ernaast. Die twee eieren, dat was luxe. Twee keer zoveel als normaal! Het uitsmijtertweetal leek voor eeuwig en overleefde diverse diëtistische modes: van één ei per dag tot één ei per week. Vanwege de cholesterol. Maar inmiddels zijn we ‘bevreid’ en staren vanaf een uitsmijter drie van die gele ogen je vragend aan.
En daar blijft het niet bij. Ook ‘buitenissigheden’, waar je vroeger apart om moest vragen, zijn nu vaak standaard: bruin brood en de ham meegebakken. Wil je je uitsmijter ‘klassiek’, dan moet je ook die onderdelen duidelijk specificeren bij je bestelling.
Laatst vergat ik het, maar helaas ook mijn camera: wat daar schaamteloos was neergezet tartte namelijk iedere beschrijving. De zwaar verkoolde randen van de ham piepten uit onder iets dat de eieren moesten zijn. Daaraan spiegelde niets. Sterker, alles mag dan stromen, maar voor die dooie dooiers was iedere hoop daarop vervlogen. Twee gelige, verdroogde sponsjes. Een ‘wegsmijter’.
Wordt het tijd voor een keurmerk, voor een stichting ter redding van het uitsmijtererfgoed? Vaak kan je ‘m niet eens meer krijgen, vervangen door een ciabatta met ei en parmaham.
Zelf vinden wij de uitsmijter oer-Hollands, maar misschien is het een culinaire tulp. Althans, als het waar is dat-ie eigenlijk uit den vreemde komt. Uit Duitsland. Daar is de uitsmijter bijna aan zijn honderdste verjaardag toe onder de curieuze naam Strammer Max. Op een beschaafde site als deze gaan we daar verder niet op in, anders dan erop te wijzen dat onze oosterburen dachten (of hoopten) dat dit hartige hapje potentieverhogend was. In de oervorm zou overigens zuurdesembrood zijn gebruikt, van tarwe- en roggemeel. En rauwe ham. Gaandeweg kwamen in Duitsland voor varianten ook nieuwe namen in zwang, zoals Stramme Lotte, Strammer Otto, enzovoort.
Bij ons blijven we het maar doen met die ene, rare naam. Met alle verwarring van dien. Deze week stond dus de derde van 3×3 voor mijn neus. Al waren die drie dan niet direct te zien.
‘Twee eieren, wit brood en de ham niet meegebakken’, had ik gevraagd, inmiddels op de automatische piloot. De serveerster keek me daarbij wat schuin aan, en vroeg: ‘Dus u wilt de ham er zo bovenop?’
‘Nou ja’, zei ik, ‘er tussenin’.
‘Met de uitsmijter erop’, concludeerde ze.
Ik dacht, naïef, dat ze het begrepen had. Ook nog eens te zeggen dat een uitsmijter de naam is van het geheel, zou de zaak alleen maar compliceren. Bovendien wilde ik me niet voordoen als een soort ‘Drammer Max’.
Toen de creatie uiteindelijk ter tafel kwam, werd het zelfs tijd voor een schaterlach.
‘Een foutje in de communicatie’, zei de serveerster. ‘Maar u komt er wel uit, toch?’


3x3.L

*


Over de oorsprong van ons woord ‘uitsmijter’ in deze betekenis zijn de geleerden het niet eens. Wellicht de meest plausibile verklaring is analoog aan het laatste nummer van een voorstelling. Iets waarmee je vlak voor sluitingstijd gauw nog even je maag kan vullen. Voor je uit het café gesmeten wordt…


*

© 2013 Joost Overhoff